Bloedarmoede staat voor een te laag gehalte aan hemoglobine in het bloed. Een tekort aan hemoglobine kan leiden tot zowel gezondheids- als welzijnsproblemen. Zo kan een kalf bij bloedarmoede minder zuurstof opnemen in het bloed. Albert geeft aan: “Daarom hebben wij in onze keten het uitganspunt om het hemoglobinegehalte van onze kalveren op een verantwoorde gemiddelde waarde van 6 millimol per liter te houden. Dit is aanzienlijk meer dan de Europese verplichting van 4,5 millimol per liter.”
Welke acties worden genomen om gezondheid zo goed mogelijk te borgen? Albert antwoordt: “De kalveren in onze houderijen voeren we zowel kalvermelk als vezelhoudend mengvoeder. Een kalf nuttigt tegenwoordig gemiddeld 250 kilo kalvermelkpoeder, 350 kilo muesli en 35 kilo gehakseld stro. Het aandeel ruwvoer in het voederpakket is in 2020 met 150% toegenomen ten opzichte van 2012.” Uit ruwvoer, zoals gehakseld stro, kan meer ijzer worden opgenomen dan uit kalvermelk. Daarnaast sluit langvezelig voer, zoals stro, uitstekend aan bij het diereigen-gedrag van kalveren zoals herkauwen en resulteert het in een goede pensontwikkeling. Een pens is één van de vier magen van een kalf. Door de pens goed te ontwikkelen bij kalveren, kunnen zij voedsel beter verteren en worden alle vier de magen goed benut. Zo kan het dier herkauwen en kunnen de belangrijke voedingsstoffen volledig worden opgenomen en benut.
Met al deze maatregelen werken we aan gezonde kalveren. Dit zien we ook in de resultaten: het reduceren van antibiotica en het verlagen van de uitval - Albert Wouters
Kalveren worden met een laag hemoglobinegehalte geboren. Ter bevordering van het verhogen van deze waardes wordt aan alle kalveren gedurende de gehele startfase extra ijzer gevoerd. Indien vervolgens kalveren niet voldoende blijken te stijgen in hemoglobinegehalte, wordt aanvullend, eventueel individueel, extra ijzersupplement gegeven.
“Als het aankomt op diergezondheid laten we niets aan het toeval over. Daarbij spelen niet alleen de kalverhouder, rayonbeheerder, dierenarts en paraveterinair een rol. Ook onafhankelijke controlerende instanties houden een vinger aan de pols. Zo zijn onder andere al onze kalverhouderijen gecertificeerd deelnemer aan de kwaliteitsregeling Vitaal Kalf van Stichting Brancheorganisatie Kalversector (SBK)”, vertelt Albert. In deze Vitaal Kalf-regeling is een eis opgenomen over het bewaken van het hemoglobinegehalte van kalveren. Hier wordt bij het uitvoeren van onafhankelijke controles bij kalverhouders op toegezien. De administratie over hemoglobinegehaltes en eventuele bijsturingsacties moet tot wel vijf jaar na dato nog beschikbaar zijn.
“Met al deze maatregelen werken we aan gezonde kalveren. Dit zien we ook in de resultaten: het reduceren van antibiotica en het verlagen van de uitval. Deze goede resultaten kunnen we alleen bereiken met gezonde, vitale dieren die geen bloedarmoede hebben” besluit Albert.